(foto 7081) Tekening van werken met de sextant.
Buiten de hedendaagse moderne navigatiemiddelen, moest men nog wel kunnen werken met de sextant om handmatig de positie van het schip te kunnen bepalen. Op deze pagina enkele beelden en een beschrijving van het werken met de sextant.
Tekst Wikipedia.
Een sextant is een nautisch navigatieinstrumentwaarmee de verticale hoek tussen een hemellichaam en de horizonwordt gemeten. Als de verticale hoek, de datum en het tijdstip van de dag bekend zijn, kan de meridiaan worden berekend, dus de positie in oost-westrichting op het aardoppervlak.
De meest nauwkeurige bepaling verkrijgt men door de zon te schieten tijdens zijn culminatie, om 12:00 uur zonnetijd, wanneer de zon zijn hoogste punt heeft bereikt. Een andere bepaling, de poolshoogte wordt genomen door de hoogte van de pollster te meten, hiervoor is de exacte tijd niet van belang en wordt (bij benadering) meteen de breedtegraad van de waarnemer bepaald.
Twee verschillende personen vonden rond 1730 onafhankelijk van elkaar de sextant uit: John Hadley (1682-1744), een Engelse wiskundige, en Thomas Godfrey (1704-1749), een Amerikaanse uitvinder.
De benaming sextant geeft aan dat de gradenboog van dit instrument een zesde deel van een cirkel beslaat, dus 60°.
Omdat er met spiegels gewerkt wordt, is de schaal op de gebogen rand van sextant in 120 graden verdeeld. Met behulp van de nonius die op de beweegbare arm is bevestigd kan tot op tienden van graden nauwkeurig de hoek tussen horizon en (rand van) een hemellichaam bepaald worden.
De sextant bestaat uit:
gradenboog met stelschroef en micrometer of nonius, twee spiegels, waarvan een op de beweegbare arm, klapbare grijsfiltersom verblinding van het oog door de zon te voorkomen, oculair.
(foto 7079) Tekening van een sextant.
Hoekfout te wijten aan: een gebrek aan ervaring van de gebruiker - een onduidelijke horizon - de helderheid van de hemel- de weersomstandigheden (het rollen en stampen van het schip).
(gif 7080) voorbeeld van het gebruik.
Tekst en foto’s via Jaap de Moor.
Een groepje jonge officieren bekwaamt zich in het ‘zonnetje schieten’ met het sextant. Dat levert een positielijn op en is een controle op het functioneren van het gyrokompas.
Een nauwkeurige positie met het sextant bepalen vraagt om drie hemellichamen die zichtbaar zijn. Ieder hemellichaam, of anders gezegd: ster, geeft een positielijn. Het snijpunt van drie positielijnen geeft een punt, of meestal een klein driehoekje. Daarin bevindt zich dan de positie van het schip.
Dat kan alleen met een zg stersbestek worden gemaakt, ‘s nachts dus, eenvoudig omdat overdag alleen de zon is te zien.
Ze doen dit onder leiding van een Ltz 2, die daar al ervaring in heeft. Leuke bezigheid op een hondewacht...
Het schieten van de zon gaat het best rond 12 uur plaatselijke tijd. De zon staat dan in het Zuiden (op het Noordelijk halfrond). Aan de standhoek van hun sextanten is af te leiden dat ze zich op ongeveer 50 graden Noorderbreedte bevinden. Gematigde breedte dus. Maar dat was ook al te zien aan het blauwe tenue...
Ze meten op bakboords brugvleugel, en staan er ongeveer dwars op. Dat betekent weer dat de Doorman een Westelijke koers vaart.
Dat is nu allemaal ingehaald door een netwerk van satellieten die ons tot op de meter vertellen waar we zijn.
|
(foto 7074 a) Foto’s overgenomen uit film.
(foto 7074 b)
(foto 7074 c)
(foto 7074 d)
|