Op deze pagina enkele opnamen van de laatste katapultploeg aan boord van de Doorman en enkele anekdotes.
(foto 1495) De katapultploeg op het BB voorbordes.
A. Chef katapultmachinekamer de adjudant Den Beste; B. Elektromonteur Hubert Lahey; C. De katapultofficier, LTZ Lous Peutz; D. Machinist Arie Blans (tragisch verongelukt); E. Sergeant-machinist Lenderink, de O.Off. controlekamer katapultmachinekamer; F. Sergeant machinst Sterk O.Off. katapultploeg op het vliegdek; G. Machinist Henk van het Goor; H. Machinist Ton Ariëns; J. Koporaal-elektromonteur Steef Visser (webmaster); K. Machinist Van der Plas; L. Machinist John van Munster; M. Machinist Voogt of Voogd; N. Machinist De Jong
(foto 2601) Deel van de katapult bemanning op het BB voorbordes.
(foto 2651) Even pauze in de stille momenten van vliegrol en wederom op het BB voorbordes.
(foto 2624) De machinsten Henk van het Goor (links) en Ton Ariëns (rechts) die veel info en foto’s aanleverden voor dit onderwerp.
(foto 2655) Eigen creatie van de machinisten Van het Goor en Ariëns met linksboven een eigen ontwerpschildje met daarop het symbool van de katapult.
Anekdote 1.
“Koffiebeker legt vliegoperaties plat”
De katapultploeg staat gereed om een aantal S-2A’s te launchen. Het eerste vliegtuig staat op de “positioner drive” (de rollenmatten) wanneer ik als howda-operator het sein krijg van de katapult onder-officier op het vliegdek, dit was de sergeant die gehurkt voor me zat, om de rollenmatten te activeren. Maar helaas geen reactie. Nogmaals geprobeerd om ze te activeren maar helaas weer niets. Er bleef dus niets anders over dan de “cat-shots” te cancelen. Hierna natuurlijk gelijk op onderzoek uit wat hiervan de oorzaak was. Na enige speurtochten vonden we bij toeval een koffiebekertje wat scheef weggezakt op een beschermplaat van een “solenoid-valve” stond. Bij nadere inspectie was die bewuste valve wel van de rollenmatten. Bij lichte schilderwerkzaamheden door de schrijver van dit verhaal was wat thinner in een plastik wegwerpbekertje gedaan. Het plastik van het bekertje was niet zo gecharmeerd van de thinner en deze had de bodem van het bekertje opgelost. De ontstane emulsie was op de bedieningsstang van de valve hard geworden en blokkeerde zo een goede werking. Zo zorgde een eenvoudig plastik koffiebekertje ervoor dat de katapult eens niet deed waarvoor hij gebouwd was. Gelukkig is het bij die ene keer gebleven.
Ton Ariëns.
Anekdote 2.
We hadden aan de majoor (later adjudant) Den Besten een fijne chef en goed voor zijn personeel. Op zaterdagmorgen moesten we altijd schoonschip maken, koper poetsen en schrobben. Wij zorgden dat we omstreeks 11.00 uur gereed waren, want dan kwam de majoor vertellen over zijn tijd in toenmalig Nederlands Indie, we zaten dan aan zijn lippen gekluisterd en als laatste, met name voor de nieuwelingen, eindigde hij dan met Maleise les. Dan was het: Rotti is .....brood, Matti is .....dood, Tapoer is ......keuken en Mac Mac is ........
Ook de sergeant Lenderink was een fijne vent. Als we in een vreemde haven lagen en op vrijdagavond waren wezen stappen, waren we op zaterdagmorgen niet altijd even okselfris. We kregen dan wel de gelegenheid om in de bergruimte waar de met de balen poetslappen en dotten waren opgeslagen, heerlijk een paar uur uitslapen. Verder regelde hij, als we na het nachtvliegen terug kwamen, soms bitterballen of andere hapjes en zelfs af en toe een biertje, uit de pantry van de ‘Gouden bal”. Die zat immers op hetzelfde F-dek als de katapult machinekamer en onze verblijven in het voorschip. Je begrijpt dat wij dan als katapultploeg ook altijd weer klaar stonden voor onze chefs als dat nodig was.
Henk van het Goor.
|