Op 2 augustus 1961 vertrok Hr.Ms. Karel Doorman samen de onderzeebootjagers Hr.Ms. Groningen en Limburg, en de onderzeeboot Hr.Ms. Zeeleeuw als smaldeel 5 uit Nederland op weg naar Canada.
Op 26 augustus 1961 gebeurde een ernstig ongeval tijdens olieladen op zee. Op de onderzeebootjager Hr.Ms. Groningen brak een kinnebaksblok en kwam de daarin lopende kabel (tros) met kracht vrij uit deze scheepskatrol en trof twee bemanningsleden. Hierbij werden zeer ernstig gewond de chef d’equipage, schipper J. Abspoel en de matroos 2e klas L. van Geest.
De schipper J. Abspoel werd per helikopter met spoed overgebracht naar de operatiekamer aan boord van de Doorman. Helaas was de medische ingreep niet levensreddend en overleed de schipper enkele uren na de operatie. Ook de matroos L. van Geest was ernstig gewond en niet bij kennis.
Op 29 augustus 1961 kreeg de schipper J. Abspoel met militaire eer een zeemansgraf. Van deze droeve gebeurtenis is destijds een fotoserie gemaakt.
Op 31 augustus 1961 arriveerde de Doorman bij de monding van de St. Laurens rivier, in afwachting om op te stomen naar Montreal. Vanaf hier werd de matroos L. van Geest per helikopter vervoerd naar een ziekenuis in Montreal. Kort hierna was het levensgevaar voor de matroos Van Geest gelukkig geweken.
Info: Een kinnebaksblok is een scheepskatrol, welke aan één kant geopend kan worden, waardoor een kabel/touw in de katrol gelegd kan worden. Op deze wijze behoeft niet kabel/touw met het begin in de katrol ingevoerd te worden. Deze katrollen werden vaak gebruik om een kabel/touw (tijdelijk) te geleiden aan dek.
(docu 0265) Uit archief Leeuwarder Courant van 28-08-1961
Hieronder afgebeeld de voornoemde fotoserie, ontvangen van Luc van Erkelens.
(foto 1605) Het stoffelijk overschot van schipper J. Abspoel werd via de voorlift naar het vliegdek gebracht. Op het vliegdek stond de bemanning van Hr.Ms. Karel Doorman ceremonieel aangetreden.
(foto 1606) Vooraf gegaan door tamboers en pijper, werd het stoffelijk overschot door acht dragers en begeleid door vier naaste collega’s, naar de gereedstaande helikopter gedragen op het achterdek. De aan weerskanten opgestelde bemanning bracht de militaire groet.
(foto 1607)
(foto 1608)
(foto 1609) Het stoffelijk overschot ter hoogte van de achterlift en bijna bij de helikopter, passeert de tamboers met omfloerste trom.
(foto 1610) Het stoffelijk overschot van de schipper is aangekomen bij de helikopter voor het vervoer naar de onderzeebootjager Hr.Ms. Groningen. De bemanning van de heli staat voor de helikopter en brengt de militaire groet. We zien ook opgesteld de militaire erewacht van het Korps mariniers.
(foto 1611) Het stoffelijk overschot van schipper J. Abspoel aan boord van de onderzeebootjager Hr.Ms. Groningen. Op de baar zijn pet en onderscheidingstekenen. Aanwezig bij de plechtigheid aan boord de smaldeelcommandant, de commandant van de Groningen, de vlootpredikant en vlootaalmoezenier. Langs de reling staat het vuurpeloton opgesteld.
(foto 1612) Een laatste groet door de commandant aan zijn chef d’equipage, de schipper J.Abspoel. Achter de commandant van de Groningen is nog juist zichtbaar de smaldeelcommandant van smaldeel 5.
(foto 1613) De vlootpredikant gaat een korte dienst voor bij het laatste eerbewijs aan de overleden schipper.
(foto 1614) Ook de bemanning van Hr.Ms. Groningen staat ceremonieel aangetreden.
(foto 1615) Het vuurpeloton geeft saluutschoten af en de gehele bemanning brengt de militaire groet als het stoffelijk overschot van schipper J. Abspoel aan de zee wordt toevertrouwd.
(foto 1616)
(foto 1617) De vlootpredikant gaat voor in gebed. De bemanning heeft het hoofddeksel afgenomen, met uitzondering van het vuurpeloton.
(foto 1618)
|