|
Indien u beschikt over meer gegevens, dan wel datums van gebeurtenissen, verzoeke dit aan de webmaster te mailen.
Hr.Ms. Karel Doorman QH1.
DEEL 1.
Op deze en volgende pagina’s een beschrijving van de reizen en gebeurtenissen aan boord van onze eerste Hr.Ms. Karel Doorman met het pennant QH1. De gebruikte gegevens zijn afkomstig uit het scheepsjournaal, uit publicaties van onder meer de commandant, het hoofd vliegdienst, journalisten en oud opvarenden. De geplaatste foto’s zijn ontvangen van oud opvarenden en verkregen via internet. De foto’s zijn zoveel mogelijk geplaatst bij de betreffende onderwerpen en/of datum en geven een beeld van het beschrevene. In veel passages is de schrijfwijze uit 1946 gehandhaafd, zoals onder andere gebruikt in het scheepsjournaal en door journalisten in die tijd. De teksten in het scheepsjournaal waren alle handgeschreven en soms moeilijk leesbaar, hierdoor kunnen namen en aanduidingen niet juist zijn overgenomen. De overgenomen tekstdelen, met uitzondering van het scheepsjournaal, zijn cursief afgedrukt. Er zijn verschillende foto’s geplaatst van situaties en posities die destijds niet door de opvarenden zijn gezien, zoals vuurtorens, kustgebieden etc. Het geeft echter wel een kompleter beeld van de reis.
In deze tekstblokken delen van de herinneringen van de Oorlogs Vrijwilliger Kees Verkooijen, die als bemanningslid geplaatst was aan boord van Hr.Ms. Karel Doorman QH-1 met ingang van augustus 1946 tot aan de teruggave aan Engeland in 1948. Hierna thuis gevaren met de Karel Doorman R81. Zie ook de link in de index voor de volledige tekst van het boekje “Een waar verhaal 1944-1949”.
|
|
De reizen van Hr.Ms. Karel Doorman QH1.
Mede door het jaarrapport van de Amerikaanse minister van marine Forestal, waarin hij schrijft: “Het vliegkampschip moet worden beschouwd als de speerpunt van de vloot en dient omgeven te worden door dekkingsschepen zoals voorheen het slagschip”, ging Nederland onderhandelen met de bondgenoot Engeland, met als resultaat dat de Koninklijke Marine op 20 maart 1946 een ‘bruikleenbon’ tekende en op die datum voor twee jaar de beschikking kreeg over HMS Nairana. Het eerste vliegkampschip voor Nederland en onze marine.
De voorbereiding.
Eind Januari 1946 bevond ik mij in de marinestaf, die toen nog gevestigd was in de Lange Vijverberg waar thans de Duitse ambassade weer gezeteld is. Ik hoorde voor het eerst over onze nieuwe aanwinst spreken toen de souschef van de marinestaf zijn hoofd om de deur van mijn kamer stak en mij toeriep: "Je bent aangewezen als commandant van het vliegdekschip, ga zo vlug mogelijk naar Engeland". Enige dagen later arriveerden de kapitein-luitenant ter zee vlieger Jhr. P. J. Elias en ondergetekende aldaar voor het volgen van enige cursussen op vliegvelden en andere walinrichtingen van de Royal Navy. Omdat dit ons eerste vliegkampschip was, moest de toekomstige bemanning van het schip en van de vliegdienst diverse aanvullende opleidingen gaan volgen. Deze opleidingen waren in Nederland zelf niet beschikbaar en de diverse bemanningsleden werden in Engeland gedetacheerd om speciale lessen te volgen. Verder moest aan boord de bemanning worden opgewerkt tot een geoefende bemanning, die wist om te gaan met zowel het vliegkampschip als de vliegtuigen aan boord.
|
(foto 4396) Het grondpersoneel van VSQ 860 volgt nabij Londen een technische opleiding voor onderhoud van de Firefly MK 1.Het betreft een motoren-klas. Foto ontvangen van de weduwe Ansems.
(foto 4396a) Uitvergroting van vorige foto met daarop een propellerblad met tekst. Zittend op de spinner Wout Kleppe.
(foto 4396b) Het propellerblad gedraaid zodat de tekst leesbaar is. “Engine run 4/2/46”. Hier is ook goed te zien (rode pijl) dat er langs de neus van het houten blad een metalen strip is aangebracht, om te voorkomen dat door aanraking met bv vogels allerlei kleine butsen zouden ontstaan, die de effectiviteit van het blad doen verminderen.
(foto 4466) Nogmaals de Nederlandse vliegtuigmonteurs, samen met Engelse mechanics, enkele Petty Officiers, de Firefly geflankeerd door enkele Engelse dames en verder mogelijk enkele Engelse leraren in pak en met vest. Foto ontvangen van Wout Kleppe.
DE VLIEGERS VAN Hr.Ms.KAREL DOORMAN.
Onze Marine heeft ongeveer een maand geleden haar eerste vliegkampschip gekregen: Hr.Ms."Karel Doorman", maar daarmee zijn we er nog niet. Want het schip moet bemand worden met speciaal getrainde mensen en dat is lang niet eenvoudig. Vooral het belangrijkste gedeelte der bemanning, namelijk het vliegpersoneel, heeft een speciale opleiding nodig en dat gebeurt aan den wal, op een vliegveld. Dit vliegpersoneel, nu vormende het bekende 860ste Squadron, bereidt zich voor op zijn toekomstige taak, op een Engelse Marine-vliegbasis te Fearn in Noord Schotland. De omstandigheden aan boord zijn zo nauwkeurig mogelijk nagebootst op het vliegveld. Op de landingsstrip zijn de afmetingen van het vliegdek en de plaats van de remkabels nauwkeurig aangegeven door witte lijnen, en een andere belangrijke verschijning, die op een vliegveld wat vreemd aandoet, is de zogenaamde "batsman". Hij geeft de piloot alle nodige landingsaanwijzingen, met behulp van de "bats", twee geelgekleurde schijven, om de vlieghoogte, de vliegrichting en zelfs de vliegsnelheid te corrigeren. Zijn verantwoordelijkheid is dan ook groot op een vliegkampschip. Het 860 ste Squadron oefent met vliegtuigen van het "Vuurvliegtype", welke voor de meeste van onze vliegers tot voor kort nog onbekend waren. Dag in dag uit worden ze getraind om begin mei klaar te zijn voor hun verhuizing naar de Doorman. Een ander, minstens even belangrijk onderdeel van het 860 squadron bestaat uit Grondpersoneel.Onze Nederlandse vliegtuigmecaniciens, die hun opleiding in Engeland ontvingen, onderwerpen elk vliegtuig op geregelde tijden aan een grondig onderzoek en waarborgen hierdoor de veiligheid van onze vliegers in de lucht.
Tijdens de opleiding in Engeland waren de Nederlandse marinemensen in het bezit van een speciaal Engels - Nederlands identiteitsbewijs. Dit werd een heel boekwerkje omdat hierin onder andere ook werd bijgehouden, de uitleen artikelen, toelages en verlofdagen. Hieronder opnamen van het boekje van Wout Kleppe.
(foto 4467) De omslag van het identiteits boekje.
(foto 4468) Het binnenblad met pasfoto en persoonsgegevens.
(foto 4469) We zien op dit binnenblad diverse aantekeningen en datums.
Het vliegkampschip.
Van het vliegkampschip zijn diverse opnames ter beschikking waarvan niet alle datums voorhanden zijn. Er zijn opnames zonder pennant nummer, met het pennant in zwart op de romp en in wit op de boeg. De vormen van de camouflage op zowel SB als BB zijde, tonen ook verschillen. Het uiterlijk van het schip is diverse malen aangepast.
(foto 3354) Het eiland en mast van Hr.Ms. Karel Doorman QH1. Vermoedelijk verblijvende in de Schotse wateren. Verklaring bij de cijfers: 1.- draaibare radar antenne tegen hoogvliegers; 2.- draaibare radar antenne tegen laagvliegers; 3.- radio afstand peiler; 4.- uitkijk positie; 5.- vlaggeseinen; 6.- bordes met afweergeschut; 7.- gerichte antenne reflector; 8.- open navigatiebrug. Foto ontvangen van Rinus Verschuren.
(foto 3373) Nogmaals het eiland en mast gezien vanaf BB zijde. Links zien we de navigatiebrug met de officier van de wacht, rechts bij de seinlamp zien we nog een bemanningslid. Daarboven het bordes met het afweergeschut. Helemaal bovenin voor de radio afstand peiler zien we nog een bemanningslid, mogelijk vandaar op de uitkijk. In de mast de nationale driekleur. We zien dat de overkapping van de navigatiebrug bestaat uit een stuk zeildoek maar verder een open brug is. Foto ontvangen van Rinus Verschuren.
|